Met vraaggericht coachen het zorgsyndroom te lijf
Met vraaggericht coachen het zorgsyndroom te lijf
Emiel van Doorn begeleidt jongeren met een beperking en traint daarnaast professionals in vraaggericht coachen. Hij is wars van vragenlijsten en het sturen van een gesprek. ‘Ga vooral het gesprek in met een leeg hoofd en luister goed naar de ander.
r waart volgens Van Doorn een hardnekkig verschijnsel rond in het
sociaal domein: het zorgsyndroom. Professionals die er last van hebben,
willen hun cliënten zo graag helpen dat ze de regie overnemen en vóór de
ander gaan denken. ‘Ik zie het heel vaak’, zegt Van Doorn. ‘Het is
natuurlijk goed bedoeld. Het komt voort uit de liefde en de zorg die
professionals voor hun cliënten hebben. Maar op de lange termijn werkt
het niet. De regie moet bij de cliënt liggen. Sterker nog: de regie ligt
al bij de cliënt. Als begeleider moet je ervoor waken dat je de regie
afpakt.’ Als voorbeeld noemt Van Doorn medewerkers die na een paar dagen
in een nieuwe baan niet meer op komen dagen. ‘Die medewerker kan dat
zelf beslissen. Hij bepaalt. Had zijn begeleider echt naar hem
geluisterd, dan was hij waarschijnlijk niet in deze functie beland en
was iedereen een teleurstellende ervaring bespaard gebleven.’
Van
Doorn is een van de trainers in de training Vraaggericht coachen van
SBCM en Cedris en begeleidt ook professionals intern bij
SW-organisaties. Meestal filmt hij zijn cursisten tijdens
coachingsgesprekken, zodat ze met eigen ogen kunnen zien wat er beter
kan. ‘Sommige professionals stellen in een gesprek tien standaardvragen
en melden daarna dat ze de juiste werkplek voor de ander hebben. Vaak
hebben ze al een baan in hun achterhoofd als ze aan het gesprek
beginnen. Eén van mijn cursisten was laatst heel eerlijk toen hij
zichzelf terugzag op video. “Ik zat alleen maar te luisteren of mijn
cliënt paste bij een baan die net vrij is”, gaf hij toe. Vaak willen we
mensen snel aan werk helpen en vergeten we dat het belangrijker is dat
ze aan het werk blijven.’
Een leeg hoofd
De kunst is volgens Van Doorn om een klantgesprek in te gaan met een
‘leeg hoofd’. ‘Probeer er blanco in te gaan. Gebruik je kennis en
ervaring, maar vraag vooral door op wat de cliënt zegt. Wat heeft hij
nodig? Het gaat er niet om dat jij inzicht krijgt in de cliënt; de
cliënt moet inzicht krijgen in zichzelf. Hij moet zijn eigen talenten,
kwaliteiten en beperkingen leren kennen. Het gebeurt soms dat ik een
cliënt niet helemaal snap, maar dat hij zichzelf wel beter is gaan
begrijpen. Dat is prima.’ De samenvatting aan het eind van een gesprek
laat Van Doorn altijd doen door de ander. ‘Vat je als coach het gesprek
samen, dan wordt het jouw verhaal. Als de cliënt het doet weet je
precies wat hij uit het gesprek meeneemt. Soms is dat weinig. Dan kan ik
op mijn kop gaan staan, maar het is de realiteit waar ik als coach mee
om moet gaan.’
Met vraaggericht coachen duurt het over het
algemeen langer voordat een cliënt wordt geplaatst. ‘Dat is de valkuil
van deze methode’, beaamt Van Doorn. ‘Je kunt geen belofte doen dat je
cliënten plaatst. Je kunt niet even 100 mensen aan een
detacheringsopdracht helpen. Ik beweer dan ook niet dat je hiermee meer
mensen plaatst, maar wel dat de mensen langer op hun plek blijven en
daar tevredener zijn. Want je wilt niet dat van die 100 geplaatste
mensen er binnen een halfjaar 90 terugkomen. Door je te verdiepen in de
cliënt kun je de werkgever ook een beter beeld geven van de werknemer
die hij over de vloer krijgt. Deze methode is op de lange termijn
succesvol omdat je gaat voor een duurzame oplossing en niet voor de
snelle resultaten. Je moet er wel tijd in investeren. Dat is voor veel
organisaties een paradigma shift.’
Meld u aan voor de training Vraaggericht coachen
Op 20 maart start de training Vraaggericht coachen.